Hoeveel verzamelen?

De vraag naar de representativiteit en de verzadigdheid van het materiaal is niet steeds makkelijk te beantwoorden. In de praktijk is een en ander ook afhankelijk van de financiële middelen, bijv. bij grootschalig taalgeografisch onderzoek.

In de klassieke dialectologie nam men dikwijls genoegen met één goede informant per dorp, die dan representatief geacht werd voor de taal van de hele gemeenschap. In de realiteit zijn er echter geen variatievrije meetpunten. De interne variatie binnen een taalgemeenschap is één van de traditionele terreinen van de sociolinguïstiek. Het klassieke type van correlationele sociolinguïstiek, waarbij men aan de hand van sociale parameters als leeftijd, sociale klasse en sekse taalvariatie of taalverandering probeert na te gaan, maakt gebruik van sociologische cellen van minimaal zes personen.

Zaak is vooral de totstandkoming van de gegevens en de eventuele beperkingen bij de verzameling ervan goed te kennen, ze in de studie mee te delen, en de eventuele gevolgen ervan in de wetenschappelijke besluitvorming mee te nemen.