19de eeuw: schriftelijke enquêtes

 

  • 1874:  Algemeen Nederduits en Friesch Dialecticon (J. Winkler)

    Deze enquête bevat 186 vertalingen in evenveel dialecten van de parabel van de Verloren Zoon in het Nederduits en het Fries uit Noord-Duitsland, Noord-Nederland, 'nederduits' Zuid-Nederland en Noord-Frankrijk. Het verhaal van de Verloren Zoon werd gekozen wegens de bekendheid en de beperkte omvang van het verhaal. Het verhaal handelt over alledaagse zaken en kan dus makkelijk op een 'volkstalige' manier verteld worden.

 

  • 1879: Enquête van het Aardrijkskundig Genootschap van Nederland (o.l.v. H. Kern)

    Deze enquête was de eerste vragenlijst in het Nederlandse taalgebied, maar ze werd enkel in Nederland verspreid. De vragenlijst bestaat uit 184 woorden en zinnetjes. In 1895 werd nog een aanvullende enquête verspreid door J. Te Winkel. Ter gelegenheid van de honderdste verjaardag van de vragenlijst werd hij opnieuw uitgestuurd in 1979 om taalveranderingen na te gaan (zie M. Gerritsen, "Taalverandering in Nederlandse dialecten. Honderd jaar dialectvragenlijsten 1879-1979").

 

  • 1885: Enquête Willems

    Deze vragenlijst werd opgesteld met het oog op een vergelijkende klank- en vormleer van de Frankische dialecten (Nederlandstalig België, het zuiden van Nederland en het Rijnland) en werd verspreid in 337 plaatsen. Het is de oudste enquête die o.a. in Nederlandstalig België werd verspreid. De vragenlijst is zeer uitgebreid, maar is ingevuld door 'leken' en is fonetisch weinig betrouwbaar. In 1988 werd een themanummer van het tijdschrift Taal en Tongval aan de enquête Willems gewijd.